• Elk jaar zien we teams die beter draaien en teams die minder goed draaien. Het verschil wordt, vooral bij de jongere jeugd, het meest bepaald door de ouders; niet door de kinderen. Hoe meer je er zelf als ouder in investeert, hoe beter het team draait.

    Tips voor een leuk team

    Op basis van ervaringen zien we vier belangrijke verschillen tussen goed draaiende en minder goed draaiende teams.

    1. Bij goed draaiende teams zetten meerdere ouders zich, in verschillende rollen, actief in voor het team. Ten eerste natuurlijk als trainers. Bij voorkeur ten minste twee ouders die in onderling overleg de trainingen voorbereiden en geven. Plus daarbij nog ouders die de training helpen geven. Het is het duidelijkst voor de kinderen als bij elke training één ouder de leiding heeft, maar hulp is altijd welkom.

    Voor de ouders die geen training geven is er nog genoeg over om te doen.

    • Bij de thuiswedstrijden de velden klaar zetten (vraag het wedstrijdsecretariaat waar je speelt).
    • Limonade halen bij thuiswedstrijden: voor het eigen team en de gasten.
    • Het team aanmelden bij het wedstrijdsecretariaat bij uitwedstrijden.
    • Spelbegeleider, scheidsrechter of grensrechter zijn.
    • Het coachen bij de wedstrijden als niet één van de trainers dat doet.
    • In de appgroep de communicatie regelen over wedstrijden, meerijden, en afmeldingen.
    • Het organiseren van de ouderbijeenkomsten.
    • Het organiseren van een teamuitje.
    • Het maken van foto's of filmpjes bij de wedstrijden.
    • Het schrijven van een wedstrijdverslag (voor de eigen appgroep of voor de website van de club).
    • Het sponsoren van het team, bijvoorbeeld met Blijdorp tenue, trui/hoodie, sporttas, of iets dergelijks.

    Het komt nog te vaak voor dat al deze taken bij één ouder komen te liggen, inclusief het trainen, en dat alle andere ouders passief afwachten tot die ene ouder actie onderneemt. Een goed draaiend team heeft ten minste vier actieve ouders. Er is wel één valkuil: dat teveel ouders zich met teveel zaken gaan bemoeien. Zorg dus voor goede afspraken over wie wat doet.

    2. Bij goed draaiende teams is de opkomst bij trainingen en wedstrijden hoog. Het gaat er hier vooral om dat vanaf het begin van het seizoen goed op de opkomst wordt gelet en dat snel het gesprek met de ouders wordt gezocht als kinderen er vaak niet zijn. Voetbal is een teamsport en een team kan alleen functioneren als de teamspelers veel met elkaar voetballen.

    Hoe minder er wordt ingegrepen bij lage opkomst, hoe makkelijker het voor andere ouders wordt om ook vaker af te melden of niet te komen. Voor de trainers/coaches dus de tip om snel het gesprek aan te gaan. Voor alle andere ouders: laat je kind bij elke training en wedstrijd meedoen.

    3. Bij goed draaiende teams wordt altijd en ruim op tijd afgemeld als de speler bij een training of een wedstrijd niet kan komen. Eén hele grote frustratie voor trainers, maar ook voor de andere ouders, is niet komen zonder af te melden, of te laat afmelden. Een trainer bereidt oefeningen voor op basis van een aantal spelers. Bij tijdig afmelden kan de trainer de oefeningen nog aanpassen.

    Bij wedstrijden kan een afmelding betekenen dat er een speler van een ander team moet worden geleend; dit lukt niet meer als de afmelding pas op de ochtend van de wedstrijd gedaan wordt. En afwezig zijn zonder afmelding maakt het natuurlijk helemaal onmogelijk om aanpassingen te doen. Als het dus een keer niet lukt om bij een training of wedstrijd te zijn: meld je kind altijd en op tijd af.

    4. Bij goed draaiende teams gaan ouders op tijd met elkaar in gesprek. Een goed draaiend team heeft ten minste twee ouderbijeenkomsten in een seizoen. Daarnaast is een teamuitje een goede manier om elkaar te leren kennen. In een goed draaiend team blijven belangrijke vragen niet "broeien". Durf elkaar aan te spreken, elkaar vragen te stellen, en praat zaken uit.

    Let er op dat bepaalde onderwerpen beter niet in het bijzijn van de kinderen besproken worden. En Whatsapp is niet altijd de beste manier om belangrijke zaken te bespreken. Accepteer dat iedereen anders is en oordeel niet te snel over elkaar. Zoals in grote letters op de gevel aan de Crooswijksesingel staat: "de meeste mensen zijn andere mensen" (Oscar Wilde).

    En misschien wel de allerbelangrijkste tip: zoek de verantwoordelijkheid voor een goed draaiend team als eerste bij jezelf. Als het niet goed loopt, vraag jezelf dan wat jíj meer zou kunnen doen voor het team. Maak er met z'n allen een mooi jaar van!